blond, briljant helder, fijne rustige koolzuurgaspareling, fijne witte maar eerder bescheiden schuimkraag
moutig, zwavelig, fruitig! Een zweem van zoet van de alcohol, maar ook van de mout. Deze tripel geeft de indruk nog zeer jong te zijn, maar de afwezigheid van hop valt op.
Ook in de smaak is weinig hop waarneembaar, waardoor vooral de mout op de voorgrond treedt. Daardoor is deze tripel zeer volmondig en als gevolg van de beperkte koolzuurgasverzadiging komt het bier een beetje papperig over, wat dan weer de doordrinkbaarheid niet ten goede komt. Ten slotte is er in de afdronk een lichte bitterheid waarneembaar.