Donkergoud van kleur en zeer troebel; snel invallend schuim.
De geur van rijpe appelen en van bloemen overheerst, kruiden zijn nauwelijks waar te nemen. Gistig ook (bakkergist!)
Okkernoten en koriander vallen onmiddellijk op, gevolgd door een lichte oxidatiesmaak (veroudering?) en een ietwat muffe afdronk.